Een weblog met informatie over kinderopvang


maandag 26 november 2007

Informatie over 'Seksualiteit'


Ik heb informatie gezocht over 'Seksualiteit '
Soms vond ik het zelfs heel moeilijk ,hoe ik daarmee om moet gaan. Dus heb ik hier een artikeltje gevonden hoe de kinderopvang erover denkt.

'Seksualiteit moet voor kinderen geen negatieve lading krijgen'
Channah Zwiep
Omgaan met kinderen en seksualiteit. Het blijft een gevoelig onderwerp. Toch kun je er in de kinderopvang er niet omheen.
Hoe kun je kinderen begeleiden bij hun seksuele ontwikkeling? Leidinggevenden uit de praktijk geven hun visie

Twee kleuters op de naschoolse opvang spelen rustig in een hoekje ‘doktertje’.
Op het moment dat de ene kleuter zijn broekje uit wil trekken, roept een leidster net iets te heftig: ‘Laat dat!’ De kinderen schrikken.

Veel volwassenen vinden het moeilijk als kinderen met seksualiteit experimenteren. Toch is het juist in de kinderopvang van belang hen hierbij te begeleiden. Dat vindt ook Ria Vink (manager van kinderdagverblijf Ollie B. Bommel te Heiloo (Humanitas). ‘De seksuele ontwikkeling is een onderdeel van de algemene ontwikkeling. Kinderen zijn juist op jonge leeftijd met seksualiteit - of beter: lichamelijkheid – bezig,’ zegt Vink. ‘Peuters grijpen bijvoorbeeld met hun handje naar je borst. Of ze verkennen hun eigen lichaam of dat van anderen. De ene keer ontdekken ze een puistje, de andere keer het lichamelijke verschil tussen jongens en meisjes. Wij willen hen de ruimte bieden voor die ontwikkeling. Daarbij vinden wij het belangrijk om respectvol om te gaan met kinderen. Je ziet daarnaast dat seksualiteit pas beladen wordt voor kinderen door de negatieve reacties van volwassenen. Dat vinden wij jammer. Daarom doen we er zo ontspannen mogelijk over. Kinderen moeten wel leren dat ze niet in het openbaar aan hun piemel of spleetje kunnen zitten. Wanneer je daarbij uitlegt waaróm dat niet mag, maak je er geen taboe van.’
Ook Anneke Smit, manager bij kinderdagverblijf De Blauwe Hamster in Amsterdam (SKON) vindt dat seksualiteit ‘erbij’ hoort. ‘Anneke: ‘Als je open ingaat op vragen van kinderen, leren zij dat seksualiteit en lichamelijkheid niet ’vies’ is. We willen de kinderen bovendien respect voor zichzelf en elkaar bij brengen. Een voorbeeld. De peuters gaan hier gezamenlijk naar de wc. Daarbij leren we hen dat je niet ongevraagd elkanders geslachtsdelen betast. Of dat seksualiteit niet altijd en overal kán. Als we aan tafel eten, zit je niet met je handen in je broekje. Net zoals je niet in je neus peutert.’

Open in gesprek met elkaar
Die seksuele ontwikkeling hoort er dus bij. Maar hoe ga je als team ermee om? Veel kinderdagverblijven ontwikkelen vaak gaandeweg een pedagogische visie. Om daar één gezamenlijke lijn in te trekken moet je eerst met z’n allen om de tafel. Dat deden ze bij SKON.
Boek
Ellen Nelissen (manager bij De Blauwe Merel in Vught): ‘Eerst volgden afgevaardigden van ons een cursus over het onderwerp. Daarna besloten we er daadwerkelijk op ieder kinderdagverblijf iets mee te doen. Het onderwerp seksualiteit maakte veel los bij alle leidsters. We hadden wel twee avonden nodig om met het team de discussie om te zetten in een eenduidige visie. Aan de hand van allerlei concrete voorbeelden dachten we na over onze reactie. Wat doe je bijvoorbeeld als kinderen ‘doktertje’ spelen. Maar ook: welke regels over seksualiteit gelden er op ons kinderdagverblijf. Ellen onderstreept het belang van openheid: ‘Het doel is dat seksualiteit voor een kind geen negatieve lading krijgt. Dat betekent dat wij dingen op een positieve manier benoemen. We kwamen daarbij steeds weer terug op het woord ‘communicatie’.Daar draait het om. Als je in je werk open het gesprek over seksualiteit aangaat, is alles bespreekbaar.’ Ook Anneke Smit ging met haar team om de tafel: ‘In het begin werd er heel wat afgelachen over het onderwerp. Daarna kwamen we tot afspraken. Het gaat daarbij vooral om het benoemen van alles rond seksualiteit en lichamelijkheid. We gebruiken bijvoorbeeld voortaan allemaal dezelfde woorden voor de geslachtsorganen: piemel en plasser. En we gaan eerlijk in op vragen van kinderen. Dat betekent soms óók dat je zegt dat je met je mond vol tanden staat als dat zo is.’
De openheid staat ook bij Humanitas hoog in het vaandel. Er wordt tussen leidsters onderling veel gepraat over hoe je omgaat met kinderen en seksualiteit. Ria Vink: Bij Kinderdagverblijf Ollie hebben we veel informeel overleg binnen het team. We hanteren de gezamenlijke visie dat we open over seksualiteit praten. Dat houdt in dat we alles benoemen wat we zien gebeuren. Er was bijvoorbeeld laatst een meisje dat de piemel van een jongetje zag. Ze zat er even aan en riep: tringeling! De begeleidende leidster benoemde toen even de lichamelijke verschillen tussen beiden. Maar die begeleiding gaat vérder. Toen datzelfde meisje steeds wéér bij dat jongetje aan zijn piemel zat, vertelde de leidster dat ze voortaan eerst even moest vragen of hij dat wel leuk vond. Zo breng je kinderen ook respect bij voor elkaar.’

Geen opmerkingen: